Homofobie in Mitzpe Ramon – column Ya’akov Almor

Mitzpe Ramon haalde vorige week zowat alle kranten, online media en televisie- en radiostations van Israël. Nu trekt ons dorp van zo’n 5.500 inwoners wel eens vaker de aandacht van de nationale pers, maar het dan gaat het meestal over de vele toeristische attracties die we hier hebben en soms over een aanrijding met een kameel. Maar deze keer was het onze burgemeester die de mediahype op gang bracht. We hebben in Israël een ministerie voor Sociale Gelijkheid. Onlangs gaf Merav Cohen, de nieuwe, vrouwelijke minister van Yesh Atid, vlak na haar aantreden aan dat zij een aantal gemeenten in de periferie subsidie zou geven voor activiteiten rondom de Gay Pride Week.

Tot mijn verbazing weigerde onze burgemeester, Ronnie Marom, als enige van de meer dan honderd aangewezen gemeenten de subsidie te ontvangen. Ik ken hem als een open, plezierige vent, die het door de bank genomen als burgervader goed doet. Ook heb ik hem nog nooit een onvertogen woord over andersdenkenden horen zeggen.

In eerste instantie dachten we dat hij dit onder druk van zijn religeuze coalitiepartners had gedaan. Tijdens de laatste parlementsverkiezingen stemde immers een kwart van de dorpelingen op de extreemrechtse partij Religieuze Zionisten, veel meer dan de plaatselijke religieuze partij bij de gemeenteraadsverkiezingen haalde! Een leidinggevende figuur in de ultra-extreme religieuze partij Noam staat hier, tot onze grote schande, aan de leiding van een van de plaatselijke yeshivoth – talmoedscholen. Hun invloed is dus groot.   

Maar algauw bleek dat de burgmeester zelf een homofoob is. In een brief van drie kantjes verklaarde hij: ‘Ik eerbiedig de LHBTQ-vlag niet. Ik ben ook niet van plan deze groep enige erkenning te geven. Ze moeten begrijpen dat ze een uitzonderlijke groep zijn en als zodanig kunnen ze onder ons zijn. Het is niet de rol van de gemeente deze groep enige steun te verlenen. Dat doen we niet voor ‘gewone’ mannen of vrouwen en zeker niet voor de LHBTQ.’

Protesten tegen Marom’s houding bleven niet uit. De gemeente ondersteunt door het jaar heen namelijk vele religieuze activitieten in het publieke domein met publiek geld. Op de plaatselijke Facebook-pagina onstonden levendige dicussies en gesprekken over verdraagzaamheid, pluriformiteit, sociale gelijkheid en mensenrechten. Marom werd van bijna alle kanten gemaand zijn beslissing te herzien.

In de dagen voor de happening bleek uit gesprekken met religieuze bewoners hoe bang ze eigenlijk zijn voor diversiteit en pluriformiteit. Angst die leidt tot puur racisme dat nog eens aangewakkerd wordt door gelovige fanaten. Door die filter van angst bekeken zijn Arabieren ‘terroristen en moordenaars’, Bedoeïenen ‘allemaal dieven’, illegalen ‘verkrachters’, en seculieren ‘landverraders’. In het verleden zijn er in Israël bij Pride Parades door religieuze fanaten doelkijke aanslagen gepleegd. De moord op een jonge vrouw, Shira Banki, tijdens de Pride Parade in Jerusalem in 2015 bijvoorbeeld, ligt nog vers in het publieke geheugen.

Op de vraag waarom de handelingen van andere mensen in het publieke domein moeten voldoen aan de nomen en waarden van een religieuze gemeenschap, worden de schouders opgehaald. ‘Wij bepalen wat de normen en waarden van de Joodse staat zijn,’ voegde een van mijn religieuze kennissen die ik regelmatig bij het sporten ontmoet, toe. 

Toegegeven, er wordt door de religieuzen vaak wel een hand uitgestoken. Laten we een brug slaan, en elkaar onmoeten en spreken, zeggen ze dan. Maar dat is dus een facade. Zonder uitzondering wordt verwacht dat je die brug tot aan de andere zijde daarvoor oversteekt, en je je bij hen voegt. Op het moment dat je bij deze extreemrechtse religieuzen over democratische waarden begint, zijn ze niet thuis. Elkaar in het midden ontmoeten op een slingerende touwbrug, met de wetenschap dat er een diepe kloof onder je voeten gaapt en je elkaar goed vastgrijpt om evenwicht te behouden, dat is uitgesloten.

We hebben ons in Mitzpe Ramon er niet door laten ontmoedigen. De plaatselijke stichting Keshet, onder de bezielende aanvoering van Ezry Kedar, begon een crowdfundingcampage om de Gay Pride-parade alsnog te organiseren. De oorspronkelijk aangeboden subsidie ging uiteindelijk maar om 20.000 shekel, zo’n vijfduizend euro. Binnen vier dagen hadden ‘we’ meer dan 32.000 shekel bij elkaar gesprokkeld. De geslaagde campagne was een opgestoken middelvinger naar burgemeester Marom. Niemand stond de door Keshet aangevraagde demonstratievergunning voor de happening verder in de weg.  Op de sociale media werd de blijde boodschap verspreid en de eerste Gay Pride van Mitzpe Ramon was afgelopen vrijdag een feit. De politie, Magen David Adom – onze tegenhanger van de G&GGD – en de gemeentelijke diensten gaven allemaal acte de presence.

Het was een prachtig feest, gelukkig zonder enige incidenten. Er waren vele honderden mensen, van alle leeftijden en overtuigingen. Ik heb een mooie middag gehad met een paar vrienden, en vele kennissen en buren. Er is geschiedenis geschreven.

Dankjewel, Ronnie Marom!

Foto: Y. Almor
Foto: Y. Almor
Foto: Y. Almor
Logo Maror.

Deze column is mede mogelijk gemaakt door Stichting Maror.

Categorie: |

Home » Nieuws » Homofobie in Mitzpe Ramon – column Ya’akov Almor