‘Laatste Jood van Tadzjikistan’ overleden

RFE

Jura Abaev, een inwoner van de stad Khujand alias ‘de laatste Jood van Tadzjikistan’, is niet meer. Hij overleed vorige week op 83-jarige leeftijd. Dit meldt Radio Free Europe. Ooit was de overwegend islamitische stad de thuisbasis van een sterke Joodse gemeenschap van enkele duizenden Joden, die eeuwenlang in Centraal-Azië hadden gewoond. Abaev, een gepensioneerde fabrieksarbeider, was tevens de laatste rabbijn van de enige synagoge van Khujand totdat deze in 2015 werd gesloten. De sjoel had sinds de jaren negentig leeg gestaan.

Hij werd geboren als kind van een fabrieksarbeider en een theateractrice was. Abaev had een jeugd vol ontberingen, waaronder de scheiding van zijn ouders en diepe armoede en honger tijdens de Tweede Wereldoorlog. In de oorlogstijd kreeg het gezin driehonderd gram brood per dag. Sinds 1967 was Abaev de rabbijn van de synagoge van Khujand, dat op slechts een steenworp afstand van zijn huis lag. In het Sovjettijdperk stonden alle religies onder strikte controle van het regime in Moskou en waren er bijna geen activiteiten in sjoel.

Tot in de jaren tachtig woonden er zo’n 15.000 Joden in Tadzjikistan, een Centraal-Aziatisch Turks land dat tot dan toe bij de Sovjet-Unie hoorde. Na de Val van de Berlijnse Muur en het uiteenvallen van de Sovjet-Unie emigreerden ze bijna allemaal naar Israël. Onder hen waren Abaevs vijf volwassen kinderen en hun gezinnen, zijn halfzus en vele vrienden en familieleden. Nadat zijn vrouw gestorven was, besloot hij in de jaren negentig ook naar Israël te verhuizen om dichter bij zijn kinderen te zijn. Hij keerde in 2008 naar Khujand terug.

In verschillende interviews met Tadzjiekse media, in de afgelopen jaren, zei Abaev dat hij in Israël zijn geboortestad miste, waar ‘iedereen me kent, begroet en me Ako noemt’. In Israël woonde hij een appartement en kreeg hij een pensioentje, betaald door de staat, genoeg om een financieel comfortabel leven te leiden. Maar hij vertelde vrienden dat hij zich verloren en eenzaam voelde in het nieuwe land, waar hij de taal niet sprak en moeite had om zich aan te passen aan de Israëlische manier van leven. “Ik had het gevoel dat ik niemand in Israël was. Als ik naar Khujand ga, lachen mensen in mijn buurt naar me en zeggen: “Kijk, Jura Ako komt eraan.” Maar niemand kent mij in Israël.”

“Abaev was het gelukkigst toen hij met zijn fiets – met een mand aan de voorkant voor boodschappen – naar de Panjshanbe Bazaar reed, zo’n 200 meter van zijn huis,” herinnert een buurman zich. Tegen Radio Free Europe zegt hij: “Het was een korte reis, maar het zou veel tijd kosten omdat hij onderweg verschillende keren zou stoppen om te kletsen met buren, vrienden, winkeliers, slagers, kappers enzovoort. Hij was een populair lid van een levendige gemeenschap in een levendige buurt waar iedereen elkaar kent.”

Nadat een arme Tadzjiekse familie zes jaar geleden hun eigen huis verloor, bood Abaev hen verschillende kamers aan in zijn huis, waar ze nog steeds wonen. In ruil daarvoor zorgde het gezin voor Abaev tot aan zijn dood. Ook leverden deze mensen hem de broodnodige zorg, vooral in zijn latere jaren. Ook zes jaar geleden sloeg hij gade hoe de ongebruikte synagoge van Khurjand werd gesloopt om plaats te maken voor een nieuw winkelcentrum. Het laatste huis van samenkomst in het land is gevestigd in de hoofdstad Dusjanbe. Daar wonen nog vijftig Joden, vrijwel allen hoogbejaard en armlastig. De titel ‘laatste Jood van Tadzjikistan’ was dus symbolisch.

Lees ook:
Victoria Koblenko massaal ontvolgd om Israël-reis
BN’ner Victoria Koblenko (37) heeft honderden vrienden op sociale media verloren omdat zij en haar vriend momenteel vakantie vieren in Israël. Het paar is zich van geen kwaad bewust. Koblenko staat perplex. “Ik ben hier alleen op vakantie.” Het gebeurde allemaal op Instagram.

Categorie: | |

Home » Nieuws » ‘Laatste Jood van Tadzjikistan’ overleden