Naftaniël: vluchtelingen niet over één kam scheren

David Serphos (dv)

‘Twee Joden. Drie meningen. Over vluchtelingen.’
Met deze aankondiging door organisator Crescas was niets te veel gezegd.  Want alhoewel het vooral de bedoeling was dat burgemeester Mirjam van ‘t Veld van Amstelveen, Dennis Mok van het Centraal Joods Overleg (CJO), jurist Daniel Blocq en opiniemaker Ronny Naftaniël aan het woord zouden komen, stond het publiek te popelen om eigen statements te maken in de volle zaal van cultureel centrum CREA in Amsterdam. Het eerste debat in de serie De Debatterij is een feit.

Het was Naftaniël, voormalig directeur van het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) en Amstelvener, die de toon zette door het CJO te wijzen op de in zijn ogen tegenstrijdige berichten, die de organisatie deed uitgaan over de komst van vluchtelingen naar Nederland. “Eerst luidde het: ‘we moeten ruimhartig zijn‘, later volgde de mededeling van CJO-voorzitter Ron van der Wieken dat de vluchtelingen beter niet in Amstelveense wijk Kronenburg konden worden gehuisvest“, verweet Naftaniël. Dennis Mok had moeite met deze constatering en legde uit dat het CJO niet is afgeweken van het uitgangspunt om ruimhartig te zijn en slechts heeft willen benadrukken dat dit samen dient te gaan met voorzichtigheid ten aanzien van de mensen die worden geplaatst. “Voor naïviteit is er geen plaats. We moeten het één doen zonder het andere te laten”. Naftaniël stelde genoegzaam vast dat het CJO zijn mening bleek te hebben bijgesteld. Toen de voormalige CIDI-voorman het CJO later verweet de vluchtelingen over één kam te scheren, kreeg hij bijval van een groot deel van de zaal. Ook co-moderator Robbert Baruch, die samen met Karen Waterman het debat leidde, maakte het Mok moeilijk. Hij suggereerde dat het CJO zou hebben gesteld: “Wel vluchtelingen, maar ‘not in my backyard’. Mok ergerde zich aan het einde van de avond zichtbaar over wat hij ‘framing’ en ‘CJO-bashing’ noemde.

Het publiek dat met meer dan honderd man naar het debat was gekomen, was in twee kampen verdeeld. Er was enerzijds sympathie voor de stap, die de gemeente Amstelveen heeft gezet om vierhonderd vluchtelingen tijdelijk te huisvesten, maar anderzijds ook kritiek voor de beperkte aandacht voor de gevreesde risico’s die de opvang van voornamelijk Syriërs tot gevolg kan hebben. “Deze mensen worden opgevoed met haat tegen Joden en tegen Israël”, klonk het nadat er eerder ook parallellen waren getrokken met het nieuws van het 14-jarige Palestijnse meisje dat in Jeruzalem iemand met een schaar te lijf ging. “Het zijn mensen met dezelfde overtuiging die nu naar Amstelveen komen”, opperde een Amstelveense buurtbewoner.

Burgemeester Mirjam van ‘t Veld gaf een toelichting op de totstandkoming van het unanieme besluit van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad van Amstelveen om de locatie in Kronenburg aan te wijzen voor de vluchtelingenopvang. “Wij zijn met het COA [Centraal Orgaan opvang Asielzoekers, red.] in gesprek gegaan over de nadere eisen die wij stellen aan de locatie, over veiligheid en ook over de samenstelling van de te plaatsen vluchtelingen. Onder andere hebben wij aangegeven dat wij gezinnen willen huisvesten, mannen, vrouwen en kinderen”. De ook in de zaal aanwezige voorzitter van de Vrijwilligerscentrale Amstelland voegde daaraan toe dat zich veel mensen hebben aangemeld, ook onder de Joodse bevolkingsgroep, om de vluchtelingen te helpen. “De belangstelling om bij te dragen is enorm en hartverwarmend”, zei hij geëmotioneerd.

Van ‘t Veld sloot haar aandeel aan het debat af met een kort verslag van haar recentelijke deelname aan de internationale burgemeestersconferentie in Israël. Zij was onder de indruk van wat er allemaal wordt gedaan aan ‘coexistence’ initiatieven onder burgers. Maar ook de continue noodzaak tot beveiliging maakte diepe indruk op haar. Een videofragment kan hier worden bekeken.

Categorie:

Home » Nieuws » Naftaniël: vluchtelingen niet over één kam scheren