Over oude mensen en dingen die voorbijgaan – gastcolumn Asa Kasher

YouTube

Ik ben een oude man. Derhalve kan het zeker gebeuren dat ik ziek zal worden en mijn leven gered kan worden. Maar de staat [Israël, red.] zal dat niet doen, omdat ze de voorkeur zal geven aan een andere patiënt, zeg iemand van vijftig.

Deze  – voorspelbare – werkwijze aan de kant van de overheid staat lijnrecht tegenover de medische ethiek. Medici behoren uitsluitend te handelen op grond van medische overwegingen. In het geval mijn kansen tot overleven dezelfde zijn als die van een andere burger, dan is het niet de zaak van de arts om te oordelen op leeftijd.

Deze  – voorspelbare – werkwijze aan de kant van de overheid staat lijnrecht tegenover het ethische verplichting een mensenleven te redden, zonder aanzien des persoons. Discriminatie op grond leeftijd is een vorm van racisme.

Mijn bezorgdheid is niet zomaar komen aanwaaien. Hier zijn twee voorbeelden van uitspraken die de laatste tijd door twee vooraanstaande managers in de gezondheidszorg zijn gedaan.  De onderdirecteur van het ministerie van Volksgezondheid, Professor Grotto, zei op een persconferentie het volgende: “Wij verwachten dat tussen er tussen de tien- en twintigduizend dodend zullen vallen als gevolg van het coronavirus. De overgrote meerderheid van de doden zullen ouderen zijn en mensen die al andere ziektebeelden vertoonden, en waarvan verwacht kon worden dat zij sowieso zouden sterven.”

Dit is werkelijk een dwaze uitspraak! “Ze gingen sowieso al dood?”
Ook Grotto zal sowieso sterven, en zo ook zijn hele familie.

Maar achter deze, op zichzelf dwaze, uitspraak verschuilt een kwaadaardige intentie, namelijk: “Zij zouden sowieso binnen enkele jaren sterven.”

Dat is een overweging die een arts en een democratisch bewind op geen enkele manier te berde mag brengen. Ouderen zijn mensen die onder alle mogelijke voorwaarden – medische and staatsrechtelijke – het recht hebben op de waarde en bescherming van hun leven. Niemand heeft het recht om te zeggen dat, omdat de levensverwachting van ouderen korter is, men hen daarom kan opgeven.

De directrice van het Belinsonziekenhuis, Dokter Baron-Harlev, zei in een interview: “Wanneer het moment komt waarop ik moet kiezen tussen een patiënt van negentig en van vijftig, dan zal ik de jongere patiënt beademen omdat de kans op een langer leven van de jongere patiënt groter zal zijn.”

Dat is volgens alle maatstaven een rasse en af te keuren beslissing! Ik word er werkelijk misselijk van dat een hoge ambtenaar in de gezondheidszorg zoiets durft uit te spreken. Let wel, deze uitspraak is niet alleen fout, maar ook on-ethisch en waarschijnlijk ook onwettig.

Laat ik twee consquenties van deze af te keuren beslissing belichten:

  1. Heeft een dertigjarige de voorkeur boven een veertigjarige en een ieder die jonger is dan de directrice, een voorkeur boven haar?  
  2. Waar komt het idee vandaan dat de beslissende ethische parameter die van de nog te verwachten levensjaren is? Hebben de jaren die al geleefd zijn dan geen enkele ethische waarde? Die negentigjarige was haar hele leven een trouwe burger, en haar komt toe dat zij de hulp krijgt wanneer zij die nodig heeft; zonder aanziens harer leeftijd. Een mens wordt niet door zijn levensverwachting bepaald. Een mens is een hele wereld op zichzelf, waarvan een deel in het verleden en een ander deel in te toekomst ligt. Geen enkele arts of ambtenaar heeft het recht die mens uit te vlakken. En hem of haar komt gelijke bescherming toe, in het kader van het behoud van de algemene menselijke waardigheid.   

Auteur Asa Kasher (1940) is een Israëlische filosoof en linguïst. Hij is verbonden aan de Universiteit van Tel Aviv en het Shalem College. Hij is vooral bekend als de auteur van de Ethische Codex van het Israëlische leger. Dit artikel verscheen eerder op YEDA.com en werd door Ya’akov Almor vertaald uit het Hebreeuws.

Categorie: |

Home » Nieuws » Over oude mensen en dingen die voorbijgaan – gastcolumn Asa Kasher