Slavernijverleden – column David Serphos

C. Kamerodski

Gedurende ongeveer honderd jaar waren ‘wij’ slaven in Egypte. Die slavernij eindigde nadat Mozes in opstand kwam tegen de Farao en uiteindelijk de Joden tijdens een massale uittocht met goddelijke inspiratie wist te leiden uit Egypte: de Exodus. Al meer dan drieduizend jaar herdenken wij jaarlijks gedurende Pesach die enerverende gebeurtenissen. Zijn we daarbij erg bezig met de slavernij van onze voorouders? Nee, het centrale thema van de sederavond en de Haggadah die wij lezen, is de door God georkestreerde uittocht: ‘met sterke hand en uitgestrekte arm’.  De vrijheid die erop volgde en die wij hebben geërfd.

Realiteit

Waarom ligt het gewicht niet bij de periode van slavernij zelf? Waarom bediscussiëren we niet de onmenselijkheid van de slavernij, de dwangarbeid, de uitbuiting, de honger die door het Joodse volk werd geleden? Weliswaar herinneren onder andere de maror (het bittere kruid) en het zoute water op de sederschotel ons aan de bittere smaak van de slavernij, maar toch gaat het Exodus-verhaal vooral over de bevrijding en wat die bevrijding voor het Joodse volk heeft betekend. De urenlange seider gaat in veel mindere mate over de hardheid van de uitbuiting en de dwangarbeid. Het wrange antwoord is dat slavernij een alom aanwezige realiteit was, een economisch verschijnsel, zoals het ervoor en ook erna was, helaas tot op de dag van vandaag. 

Verkocht als slaaf

Nog maar enkele decennia voordat de Joden slaven (of zo u wil: tot-slaaf-gemaakten) werden, verkochten de zonen van Jacob hun eigen broer Jozef, die ze niet konden uitstaan, als slaaf aan Midjanieten, die hem naar Egypte meevoerden (Het verhaal van Jozef en zijn hereniging met zijn broers is wat mij betreft trouwens één van de absolute toppers uit de Tora). Die broers waren voor het grootste deel zelf kinderen van de vrouwelijke slaven Bilha en Zilpa. Op enig moment na de dood van Jozef, die zich had opgewerkt tot een invloedrijke figuur in Egypte, werden de Joden tot slaaf gemaakt.

Lucratief

In de tijden van de bijbel, van de Grieken en de Romeinen waren slaven een onderdeel van het dagelijkse straatbeeld. Slavernij werd overal in de wereld, niet in de laatste plaats in Afrika, als normaal beschouwd. Gevangen gemaakte Afrikanen werden door andere Afrikanen verkocht en verhandeld. Europese grootmachten zoals Nederland deden gretig mee aan deze handel en wisten het uit te bouwen tot een lucratieve aangelegenheid. 

Amerika en de Cariben

De Tora erkent de praktijk van het hebben van slaven. Waar slaven werden gehouden, dienden Joden zich echter aan strenge ‘humane’ regels te houden: onder andere dienden slaven net als hun meesters een rustdag in de week te hebben waarop zij niet hoefden te werken. Ook moesten zij na zeven jaar hun vrijheid terugkrijgen. Maakt dat de gehanteerde praktijk van slavernij, bijvoorbeeld in de achttiende en negentiende eeuw in Noord-Amerika en de Cariben acceptabeler?

Met de ogen van vandaag valt het absoluut niet goed te praten. Als nazaat van families die zogenoemde ‘huisslaven’ (bedienden waarover zij in zowel juridische als economische zin alles te zeggen hadden) hadden, ben ik mij heel goed bewust van de oneerlijke verhoudingen die onder andere op ‘mijn; Curaçao hebben gegolden. 

Vijftig miljoen slaven anno nu

Hoe zit het vandaag met slavernij?

Onderzoek uit 2022 van de Internationale Arbeidsorganisatie toont aan dat de afgelopen jaren slavernij is toegenomen. Er zijn vandaag volgens dit onderzoek 49,6 miljoen moderne slaven: ‘gevallen van uitbuiting, waarin een persoon niet kan weigeren of vertrekken door bedreigingen, geweld, dwang, misleiding en/of machtsmisbruik’. Ook van dwangarbeid en gedwongen huwelijken zijn wij ons vandaag bewust: goedkope kleding in onze winkels die gemaakt worden door onderbetaalde mannen, vrouwen en kinderen, gedwongen huwelijken in bepaalde gemeenschappen, ook in Nederland.

Slaven in vrije wereld

Met de ogen van vandaag is slavernij een te verafschuwen, monsterlijke praktijk en in het vrije Westen realiseren wij ons maar al te goed dat het in de greep hebben van anderen een inhumane praktijk is. Toch is slavernij vandaag de dag nog alom aanwezig. Miljoenen mannen, vrouwen en kinderen zijn nog dagelijks het slachtoffer van dwangarbeid en uitbuiting. Niet alleen in Afrika en in het Verre Oosten. Ook in Europa en de Verenigde Staten. En wij staan het toe. ‘Wij’ nazaten van slaven en ‘wij’ die voor hun historische aandeel in de slavernij hun excuses hebben aangeboden. 

Uitdaging

Welke lering valt er te trekken uit het slavernijverleden? Welke betekenis kunnen we eraan ontlenen? Het is misschien leerzaam voor alle nazaten van slavernij – Joodse nazaten, maar ik zou hopen ook nazaten van Afro-Afrikaanse en Afro-Caribische tot slaaf gemaakten – om te kijken welke handvatten het Exodus-verhaal in de Tora biedt om om te gaan met het feit dat onze voorouders slaven waren. De les van de Haggadah, het boek dat we elk jaar weer lezen en het verhaal van de bevrijding die we als goddelijke opdracht hebben te herbeleven, gaat namelijk minder over slavernij dan over de herwonnen vrijheid ná de slavernij.

De les

We mogen weliswaar nooit de bittere smaak van slavernij vergeten. Maar de les is vooral: hoe gaan we om met het waardevolle cadeau van vrijheid? Het gaat minder over het verleden dan over de toekomst. De werkelijke uitdaging is niet de armoede van gisteren, maar de overvloed van vandaag. Niet de onzekerheid van wat de dag zal brengen, maar hoe in waardigheid om te gaan met de zekerheid van morgen. Niet slavernij, maar vrijheid.

Lees ook:
Jodenvet – column David Serphos

Onlangs ging ik met mijn twaalfjarige nichtje naar De Efteling, waar ze nog nooit was geweest. Zoals u misschien weet uit eerdere columns, hebben wij samen een vlog op YouTube: Sweetiez. Daarin proberen we snoep en andere zoetigheden uit, het liefst voor ons nieuwe en onbekende lekkernijen. We hadden ons voorgenomen om in De Efteling een opname te maken met snoep dat we daar zouden kopen.

Logo Maror.

Deze column is mede mogelijk gemaakt door Stichting Maror.

Categorie: | |

Home » Nieuws » Slavernijverleden – column David Serphos