Voor de 28ste keer in Bourtange – Jacobs’ Chanoeka-toer (dag 5)

A. Klijnstra

Op weg naar Bourtange haalden we herinneringen op. ‘We’ zijn Louk en ik. Voor de 28ste keer wordt er in de vestingstad de menora aangestoken. De eerste jaren in de sjoel, maar al meer dan twintig jaar op de Markt. Burgemeester altijd aanwezig en altijd, zoals vandaag ook, een geweldige opkomst. Met pijn constateer ik dat er door een aantal mensen denigrerend wordt gekeken naar mijn Chanoeka Bourtange-toer. ‘Te ver weg’, ‘Zonde van de kilometers’ en ‘Hoeveel Joden komen daar nou’. Dit soort negatieve opmerkingen doen mij pijn. Van de Joodse wet mogen wij geen mensen tellen. Wie zegt mij namelijk dat één mens minder belangrijk is dan honderd?

Voor velen daar in het hoge Noorden is onze jaarlijkse Chanoeka-bijeenkomst het hoogtepunt van hun Joodse jaar. Louk, mijn trouwe vriend, overlevende van concentratiekampen, heeft de hele weg gereden, ik naast hem en op de achterbank presteerden Blouma en Mary, de vrouw van Louk, de hele 405 kilometer aan elkaar te praten. Ik moet toegeven dat ze elkaar al een tijdje niet hadden gesproken. We hadden moeten wisselen, want Bourtange is niet naast de deur, maar Louk was niet achter het stuur weg te krijgen. Het weer viel vandaag mee, de files vielen echter tegen.

In vorige jaren hebben we spekgladde wegen meegemaakt; en dichte mist die geen meter van de weg liet zien. Met sneeuw zijn we een keer, vanwege onduidelijk bewegwijzering en het disfunctioneren van een oude GPS, in een weiland beland en daarna op het erf van een boer terecht gekomen. De boer was redelijk verbaasd, want niet iedere dag ziet hij een opperrabbijn op zijn erf verschijnen. Maar het best in ons beider geheugen gegrift staat het telefoontje van Blouma, vanuit Amersfoort, dat onze zoon Yanki, toen zes jaar, zoek was geraakt in Amsterdam in de mist. Gezellig zo’n telefoontje in de rimboe van Noord-Groningen. Je kan dan dus niets, zelfs geen tehillim, psalmen, zeggen, want de weg vergde honderd procent concentratie, voor bestuurder en voor bijrijder. Uiteindelijk werd hij gevonden en konden we onze terugreis met een gemiddelde snelheid van tien km per uur zonder zorgen verder voortzetten.

Vandaag ging de heenreis ook niet erg voorspoedig. Een ongeluk op A28. Vertraging van vijftig minuten. En dus viel de afspraak die ik had gepland voorafgaande aan de menora in duigen en zat ik te zweten, want te laat komen zit niet in mijn Nederlandse bloed. Wel wist ik me gerustgesteld dat de meute rustig zou blijven wachten, zelfs enige uren. Vele kwamen namelijk ook van verre, waren sterk gemotiveerd en zouden zich zeker niet uit het Bourtangsche veld, of beter de Bourtangsche Vesting, laten slaan.

En zo was het ook. Mijn afspraak van een half uur heb ik verplaatst tot na de ceremonie en de menora uiteindelijk maar tien minuten later begonnen. De opkomst? Meer dan tweehonderd. Uiteraard ging mijn toespraak, na enig denkwerk, over files en het verband met Chanoeka. Dat was een schot op open doel. Met de nieuwe burgemeester heb ik uitgebreid kennis gemaakt, tijdens de broodjes in de herberg. De menora, de broodjes, koffie en cake, de uitnodigingen en aankondigingen: alles het werk van onze ambassadeur in Noord-Nederland Willem Fokkens. Willem, dank voor al je inzet voor Bourtange, voor de zorg voor de begraafplaatsen en vooral voor je vriendschap!

En omdat Louk reed kon ik mijn dagboek in de auto schrijven. Maar toch kende de terugweg nog twee onverwachte obstakels. Eerst een bijna lege tank. En dus op zoek in het pikkedonkere Duitsland naar een benzinestation. Eindelijk gevonden, maar helaas gesloten. Maar na enige verdere pogingen en een tiental benzine vretende kilometers, troffen we een tankstation met een betaalautomaat. De tank volgegooid, 0,30 cent per liter bespaard en daarna, 51 km voor Amersfoort, een.. .file, vanwege een ongeval. Weer op de A28. We stopten na de file nog één keer kort, omdat Louk met zijn mobile zijn verwarming thuis in Amersfoort moest aanzetten.

Uiteindelijk toch nog redelijk op tijd thuis, 22:30 uur. Dagboek Chanoeka-Toer dag 5 nog even bijschaven en dan hopelijk snel onder de wol. Ik ben redelijk uitgeput, maar ook innig dankbaar in Bourtange de Menora te hebben aangestoken. Voor de 26ste keer, want ik heb volgens Willem Fokkens, twee van de achtentwintig keer gemist.

Opperrabbijn Binyomin Jacobs (IPOR en voorzitter van het Nederlandse College voor Rabbinale Zaken) maakt ook dit jaar weer een ronde langs verschillende menorot in heel Nederland, om deze in het openbaar aan te steken. Net als in voorgaande jaren schrijft hij een dagboekverslag voor Jonet.nl. Het is de zevende keer op rij dat Jacobs voor Jonet in de pen kruipt en zijn ‘Jacobs’ Chanoeka-toer’ maakt.

Categorie:

Home » Nieuws » Voor de 28ste keer in Bourtange – Jacobs’ Chanoeka-toer (dag 5)