‘Zwarte Kees is een bloedspannend verhaal’ – boekrecensie

Zwarte Kees

Dit is het loon der partisanen;
Tien regels in ’t geschiedenisboek,
Een kuil in een vergeten hoek
En hier en daar herdenkingstranen

Wie, over vijf en twintig jaar,
Als straten naar ministers heeten,
Kent nog den man, die heeft gesmeten
Die eerste bom, in ’t eerste jaar?

Jaarlijks, op en rond de vierde mei, worden de slachtoffers herdacht die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn vermoord of wegens oorlogshandelingen om het leven kwamen. Uit een onderzoek (2007) door de Universiteit Utrecht blijkt dat onder hen circa drieduizend mannen en vrouwen zijn gefusilleerd die in het verzet actief waren, of onderduikers hadden opgenomen. Ook in concentratie- en strafkampen zijn talloze verzetshelden gecrepeerd.

In het bovenstaande gedicht van A. Den Doolaard voorzag hij al dat vergetelheid het onvermijdelijk lot zal zijn voor de dappere partizanen die hun leven lieten voor onze vrijheid. We kennen de straatnamen en pleinen die naar de verzetshelden zijn genoemd. Wij kennen de namen van de mannen en vrouwen die jaarlijks genoemd worden in steden en dorpen waar zij hun leven in de waagschaal stelden. Maar weten wij wie zij werkelijk waren? Wat zij hebben betekend voor onze vrijheid? Hun strijd was groter dan het (beperkte) gebied waarin zij verzet pleegden; zij opereerden voor de vrijheid van ons land.

Zo’n verzetsgroep was er ook in de Gelderse Achterhoek: mannen en vrouwen die elkaar tot de Duitse bezetting (meestal) nog niet kenden, maar elkaar na de vijfde mei 1940 vonden en vertrouwden om gezamenlijk de vijand te bestrijden. Een van hen was Cornelis (Kees) Ruizendaal, die tijdens het verzet als Zwarte Kees door het leven zou gaan. Verzetstrijders gebruikten een alias om hun eigenlijke naam te verdoezelen uit veiligheid voor zichzelf, hun medestrijders en familie. Cornelis Ruizendaal is in 1909 in Maarssen geboren en wordt in 1944 in Doesburg door Duits geweervuur vermoord.

Kookongeluk
Het verhaal van Cornelis – Zwarte Kees – Ruizendaal en diens medestrijders is de geschiedenis van onbevreesd patriottisme tijdens de wandaden van de nazi’s en hun Nederlandse trawanten. Hun intentie was het redden van onschuldige mensenlevens, onderduikadressen verschaffen en het saboteren van door de bezetter uit te voeren acties om de grip op ons land en bevolking nóg gewetenlozer te handhaven.

Kees diende als kok bij de Koninklijke Marine en werd uitgezonden naar (toen nog) Nederlands-Indië. Twee jaar was hij van zijn vrouw Sjaan en zoon en dochter gescheiden. In 1935 keerde hij terug naar zijn gezin. In 1936 werd Jeanette, zijn tweede dochter, geboren. Prompt daarop kreeg hij het dienstbevel om weer voor twee jaar te worden uitgezonden. Sjaan zag er uiteraard vreselijk tegenop om weer twee jaar zonder haar man te moeten leven, nu met drie kinderen. Kees koos voor een radicale ingreep die je de profielschets van deze man zou kunnen noemen die hoe dan ook zal bereiken wat bereikt moet worden; Hij goot heet water over zijn been en beweerde dat dit een ‘kookongeluk’ was. Met de ernstige brandwonden kon hij vanzelfsprekend niet in Indië worden gedetacheerd. Hij wordt bij het achtste Regiment Infanterie als sergeant-kok in de Menno van Coehoornkazerne (Arnhem) ingedeeld.

De Grebbenberglinie
In 1939, nadat de Duitsers Polen zijn binnengevallen, werd in Nederland de mobilisatie uitgeroepen. Kees marcheerde met zijn legeronderdeel naar de Grebbenberg (Rhenen) om daar een verdedigingslinie te bouwen tegen een eventuele aanval door Duitsland. Toen de Duitsers ondanks de neutrale positie Nederland op 4 mei 1940 ons land binnenvielen, was het verweer op de Grebbenberg heftig, maar het leger moest capituleren aangezien het bombardement op Rotterdam (14 mei 1940) een dreiging inhield voor andere steden. Kees kreeg een baan bij de politie in Amsterdam, het gezin verhuisde naar de hoofdstad. Hij werkte nu als kok op de politieschool en studeerde daarnaast voor agent. Hij wilde zo snel mogelijk weg, want ook hier was de invloed van de nazi’s duidelijk aanwezig.

De Gelderse Achterhoek
Kees vroeg overplaatsing aan omdat hij ‘niet kan wennen in de grote stad’. Op 15 juli 1942 (hij was inmiddels marechaussee) werd hij overgeplaatst naar Aalten, vlakbij de Duitse grens. Hij voelde zich snel thuis in dit rustige dorp waar hij met oud-militairen en verzetsmensen uit de omgeving een hulporganisatie opzette voor (Joodse) onderduikers en geallieerde soldaten die met hun vliegtuig gecrasht waren. De organisatie groeide uit tot een knokploeg die verraders liquideerde en distributiekantoren overviel.

De mannen van de verzetsgroep maakten het de bezetter erg lastig, ze waren ongrijpbaar en daarom werd door de Sicherheitsdienst een plan opgezet hen in de val te lokken om voorgoed met ze af te rekenen. De leider van het arrestatieteam, Arthur Thomsen, wilde de illegale strijders levend in handen krijgen, want hun directe dood was een te makkelijke afloop voor die saboteurs: ‘Es ist wichtig, dass wir sie lebend festnehmen. Schiessen Sie, aber zielen Sie niedrig’. Ze stuurden de landverrader Willy Markus op de groep af, die met succes infiltreerde.

De verzetsgroep trapte er in: Een deel van hen werd op weg naar het lokaas gearresteerd bij het dorp Ellecom, niet ver van Doesburg. Kees is dan nog in Doesburg en belandde na een vluchtpoging op het binnenplaatsje van drogisterij Gastelaars, waar hij met hulp van twee buren in een konijnenhok werd gelegd. Een SS’er doorboorde het hok even later met 32 kogels. Voor de zekerheid werd nog een tweede magazijn kogels op het hok afgevuurd. De SS’ers juichten.

Dankbrief van Eisenhouwer
Nadat Sjaan in 1946 een eerbetoon van generaal Eisenhouwer voor Kees ontving, vroeg ze hem in haar dankbrief om kleding voor haar kinderen. ‘De winter komt er aan en ze kunnen wel een warme jas gebruiken’. Het antwoord op haar verzoek luidt: ‘Tot mijn leedwezen moet ik U meedelen, dat ik niet meer beschik over kleedingpaketten. Ook kan ik U geen advies geven omtrent het verkrijgen van kleeding. Het spijt mij, dat ik U in deezen niet van dienst kan zijn’.

Oordeel over boek
Wat een spannend en ontroerend verhaal is dit. Paul Westmeijer heeft een fraai papieren monument opgericht voor zijn grootvader Kees en diens medestrijders. ‘Zwarte Kees’ wordt voor de lezer een held die hij of zij nooit meer zal vergeten. Westmeijer heeft zich namelijk niet beperkt tot een soort afstandelijk verslaggeving en het presenteren van feiten, maar weet de verzetsheld diepte te geven door deze – en anderen – een tekst te geven, zoals op de Grebbenberg als een maat vraagt: ‘Hé, Kees, heb je al een mof gezien?’ Kees, lachend: ‘Nee, alleen luitenant Schulz, maar dat is onze mof. Die gekke Hitler met al zijn geschreeuw die komt echt niet hierheen. Ik zit al elf jaar in het leger en heb nog nooit op een vijand geschoten’.

Je ziet als lezer de beide mannen daar staan, je luistert naar hun woorden. Omdat het verzet nogal omvangrijk was, heeft Westmeijer het zodanig gestructureerd dat het toch een coherent geheel is geworden. De verzetsdaden van Kees Ruizendaal zijn in zo’n twintig (!) boeken opgetekend, maar nu, 77 jaar na zijn dood, is zijn complete biografie verschenen. Om niet in superlatieven te vervallen – deze dringen zich op tijdens het lezen – zou ik van harte willen aanraden dit boek aan te schaffen en te lezen, of beter gezegd: te ervaren.

Persoonlijke noot
Ik ervaar in ‘Zwarte Kees’ een persoonlijke confrontatie van vlak na de oorlog: Zwarte Kees is op het binnenplaatsje vermoord. Ik ben zo’n honderd meter daarvandaan – in de Roggestraat – opgegroeid. Heb op dat binnenplaatsje gespeeld met Flip, de kleinzoon van Philippus,  onbewust van wat zich daar enkele jaren eerder heeft afgespeeld.

Paul Westmeijer, Vlissingen 1964, is zelfstandig adviseur en projectmanager op het gebied van leren en ontwikkelen in de zorg. Hij is getrouwd en vader van drie kinderen en woont en werkt in Utrecht. Hij zegt een fervent kranten- en boekenlezer te zijn en op reis stopt bij historisch beladen plekken.

Titel: Zwarte Kees
Uitgever: in eigen beheer uitgegeven
Prijs 19,95 euro
ISBN9789090340159
Boek te koop via Zwartekees.com

Categorie: |

Home » Nieuws » ‘Zwarte Kees is een bloedspannend verhaal’ – boekrecensie