Een concert van hoop – column David Serphos

C. Kamerodski

Het afgelopen jaar was er een vol tegenslagen en minstens zoveel tegenstellingen. Wie dat anders heeft ervaren is een uitzondering. De Covid-19-pandemie heeft ons met onze neus op de feiten gedrukt. Alles waar je aan gewend bent kan veranderen. En snel. Ik heb van redelijk dichtbij meegemaakt waar contact met het coronavirus toe kan leiden: eenzaamheid en verwijdering, bijna-dood, de dood.

Mijn zwaar gedementeerde schoonvader lag in een verzorgingstehuis, toen we hem tijdens de eerste coronagolf niet meer mochten bezoeken. Tegen de tijd dat dat wel weer mocht, herkende hij zijn vrouw en dochter niet meer. Een paar maanden later overleed hij. Een vriend raakte besmet met het virus, lag langer dan hem lief was op de intensive care en won de strijd nipt. Hij ervaart er nog steeds de gevolgen van zijn ontmoeting met de engel des doods.

De dood van één van de bewoners van Beth Shalom (de eerste die in het centrum aan het virus bezweek), leidde tot de begunstiging van een aantal Joodse goede doelen, waaronder één waaraan ik leiding mag geven.

Betekenisvolle momenten
Voor mijn werk en in mijn vrije tijd mag ik graag evenementen (helpen) organiseren. De afgelopen decennia waren er vele hoogtepunten: de ontvangst van de koninklijke familie in de synagoge van Curaçao, een Jeruzalem 3.000 concert in diezelfde monumentale Snoa, de verwelkoming in 2014 van de koninklijke familie tijdens de eerste Koningsdag-nieuwe-stijl in Amstelveen, de Kristallnachtherdenking van 2018 in de Amsterdamse Esnoga en in september nog de onthulling van het Sjoa-monument Nooit meer Teruggekomen in Amstelveen. En nog eens tal van andere vieringen en herdenkingen. Ik kijk er met trots en vooral dankbaarheid  op terug, omdat het gebeurtenissen waren die voor de gemeenschap – plaatselijk of landelijk – van belang en van bijzondere betekenis waren.

Met regelmaat realiseer ik me dat ik een bevoorrecht mens ben. En dat ik van geluk mag spreken dat ik me soms mag bezighouden met zaken die plezier brengen in het leven van andere mensen. De afgelopen weken had ik dat gevoel opnieuw.

In december vorig jaar mocht ik met twee vrienden – David Simon en Coen Abram – het jaarlijkse Chanukah Concert in het Concertgebouw organiseren. Zij deden dat al voor de vijfde keer, ik voor het eerst. Het werd een enorm succes. Chazzan Nethanel Hershtik uit New York betoverde de zaal, begeleid door het weergaloze strijkorkest onder leiding van Jules van Hessen. In januari van dit jaar gingen we meteen aan de slag met de organisatie van de zesde editie. Traditiegetrouw opnieuw in het Concertgebouw. Nu met chazzan Simon Cohen uit Israël. De zaal – goed voor 450 gasten – was vastgelegd. We hadden de datum amper aangekondigd of de editie van 2020 was al uitverkocht. En toen kwam de pandemie.

De illusie: een concert met publiek
In de anderhalvemetersamenleving zou er nog maar plaats zijn voor maximaal 130 bezoekers in de Kleine Zaal van het Concertgebouw. We moesten uitwijken naar een andere locatie, waar corona-proof alsnog de 450 kaarthouders konden worden ontvangen. Dat lukte in het RAI Theater, waar vijfhonderd mensen op veilige afstand door de RIVM waren toegestaan. Wat we stilletjes voor vreesden werd echter in november bewaarheid: publieke concerten voor meer dan dertig personen waren niet langer toegestaan. We gingen over op Plan C.

Plan C.
Vanaf half december werd alles in gang gezet voor een online concert met een livestream op YouTube. Bijna alle sponsors voor het reguliere concert bleven aan boord. Een enkele verhoogde zelfs de subsidie vanwege de misgelopen inkomsten uit de kaartverkoop. Twee nieuwe sponsors waren bereid gevonden de kosten voor de livestream voor hun rekening te nemen. En wat misschien wel het mooiste was: toen wij aankondigden dat het concert in de RAI niet kon doorgaan en dat wij de kaarthouders zouden restitueren, werden wij overweldigd door de reactie van tientallen gasten die besloten dat zij een deel en vaak het hele restitutiebedrag aan onze Stichting Chanukah Concert wilden doneren om bijkomende kosten te kunnen dekken. Die reacties waren hartverwarmend.

En zo gingen we aan de slag met het zoeken van een locatie die geschikt was voor een strijkorkest, een pianist, vier zangers, met een goede akoestiek en een mooi decor voor een chanoekaconcert. Het werd – opnieuw dankzij één van de subsidiegevers – de monumentale Uilenburgersjoel in het centrum van Amsterdam. Professionele licht- en geluidsmensen werden ingehuurd, een geweldig team dat de beeldregistratie verzorgde en ook experts voor een kwalitatief goede  livestreamverbinding kwamen erbij. Eind november konden we het concert aankondigen.

Drie, twee, één… live!
Op zondagavond 13 december om acht uur ging het B’nai B’rith Hilleel Chanukah Light Concert live. En het overtrof onze stoutste verwachtingen. Het Maestro Jules Orkest onder leiding van Jules van Hessen klonk betoverend mooi. De chazzanim Sacha van Ravenswade (Obrechtsjoel Amsterdam) en Ken Gould (LJG Den Haag) zongen samen met Martijn Sanders en André Cruz de sterren van de hemel. De jonge, Joodse talenten Maxim Heijmerink en Naomi van Hessen schitterden in hun solopartijen. Het concert eindigde na 75 minuten met een waar huzarenstukje: een live-verbinding met Simon Cohen die samen met het orkest het Avinu Shebashamayim, het gebed voor de Staat Israël zong.

25.000 kijkers
Mede dankzij de publiciteit van het wereldwijde B’nai B’rith netwerk stonden tijdens de uitzending maar liefst 5.100 apparaten (mobiele telefoons, tablets, computers, laptops en televisies) ingeschakeld op het live-kanaal van het concert. Grofweg tienduizend kijkers, de helft daarvan in Nederland. Meer dan vijfduizend mensen in ons land beleefden dit concert op de vierde avond van Chanoeka live mee. De andere helft bestreek de hele wereldkaart. Er waren kijkers uit onder andere Israël, het Verenigd Koninkrijk, België, Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk, Italië, Zwitserland, Turkije, Zuid-Afrika, de Verenigde Staten, Curaçao en Mexico.

Het concert in de Uilenburgersjoel (Foto: D. Spits)

Na zondagavond bleven de aantallen ons om de oren vliegen. Bij het schrijven van deze column hebben nog eens 8.500 registraties op YouTube plaatsgevonden. Al met al hebben naar schatting 20.000 tot 25.000 mensen naar deze unieke uitzending gekeken. Vroom en vrij, Joods en niet-Joods, jong en oud.

Een toost op het leven
U merkt het: enige trots kan ik niet onderdrukken. Dat we ondanks de Covid-19-ellende wat licht hebben kunnen brengen tijdens Chanoeka. Maar vooral dankbaarheid dat ik heb mogen meewerken aan dit project. Samen met veel mensen die erin geloofden en die er voor ons waren. Het gezegde luidt: Van het concert des levens krijgt niemand een program. Dit concert was – tijdens een bijzondere periode – ook een stukje van ons leven. Ondanks alles, de tegenstellingen en de tegenslagen van deze tijd: hoopvol en toastend op datzelfde leven. Am Yisrael Chai.


Lees ook:
Godsdienstvrijheid, Nederland is de weg kwijt – column David Serphos

‘De deuren van synagogen, kerken en moskeeën mogen van de overheid weer wat verder open. Dat zou je als Jood, christen of moslim tevreden moeten stemmen, maar eigenlijk is het ronduit belachelijk. En hypocriet Overal in de samenleving is in de openbare en semi-openbare gebouwen en in het openbaar vervoer moeten we een mondkapje dragen, maar in kerken, moskeeën en synagogen dus niet…’

Logo Maror.

Deze column is mede mogelijk gemaakt door Stichting Maror.

Categorie: | |

Home » Nieuws » Een concert van hoop – column David Serphos