De rol van De Zielige Weduwe – column Shoshanna de Goede

Shoshanna de Goede (foto: S. De Goede)

Jarenlang dacht ik dat ik, om online zichtbaar te mogen zijn, eerst een specifiek onderscheidend verhaal nodig had. Er zijn immers al zoveel meningen en mensen die hetzelfde roepen als anderen, dus waarom zou je daar dan overheen gaan schreeuwen?

Tja. Dat specifiek onderscheidende verhaal kreeg ik ongevraagd op mijn bord. Ik had beter kunnen vragen om een vrolijk onderscheidend verhaal. Ter illustratie zeg ik tegenwoordig vaak: het voelt een beetje alsof je je aanmeldt om mee te doen aan een musical, eentje die Het Leven heet, en dat je dan de rol van de Zielige Weduwe toebedeeld krijgt. Dat je dan zegt: nee dank je, die rol hoef ik niet, die past mij niet – doe mij maar iets frivolers. Maar dat niemand daar enige boodschap aan heeft en je hem dan toch in je maag gesplitst krijgt.   

Inmiddels heb ik mijn eigen draai gegeven aan deze rol. Ik heb mijn eerste post-corona feestjes er inmiddels op zitten. Voor iedereen was het een soort ‘terug naar hoe het was’ maar voor mij een uitgestelde confrontatie met wat er niet meer was. Voor het eerst alleen naar een feestje gaan. Om te dansen, cocktails te drinken, plezier te maken en voelen dat ik leefde, maar ik zette mij tegelijkertijd schrap voor de gevreesde ‘hoe gaaaaaaaaat het nou met je’ gesprekken, vrijwel altijd gepaard met een schuin hoofd en meewarige blik. Want zo praat je blijkbaar tegen iemand die een groot verlies heeft gehad.

Daar word ik dus nogal obstinaat van. Zo stond ik met Poeriem in sjoel, verkleed in een glitterjurk (jaja, Washti natuurlijk!), een drankje in de hand en een grote lach op mijn gezicht – want: eindelijk weer eens een feestje en ik hoefde niet te koken. De Vraag kwam een paar keer langs. Ja, ik snap heus wel dat mensen hem stellen en hem niet stellen voelt natuurlijk ook gek, want dan vraag ik me af of je wel weet wat er is gebeurd of dat je denkt dat het een onderwerp is waar ik  niet over kan of wil praten. Ik kon niet anders dan antwoorden: “Het gaat goed! Zo fijn om dat eindelijk weer te kunnen zeggen.” Vervolgens kwam de klapper: “Nee, hoe gaat het echt met je?”

Ik las de laatste tijd iets over intergenerationeel trauma – over leed dat wordt overgedragen via de generaties. Ik wil daar een eigen draai aan geven. Mijn opa verloor tijdens de oorlog behalve zijn ouders, zussen en verdere familie ook zijn zesjarige dochter Elsje. Hij zag haar voor het laatst tijdens de onderduik, waar hij en mijn oma door het sleutelgat mochten kijken om een glimp van haar op te vangen. Niet lang daarna werd ze verraden en moederziel alleen op de trein naar Auschwitz gezet. Mijn opa vernam dit via de huisarts en heeft dat vervolgens een jaar lang, tot de bevrijding, voor mijn oma verzwegen zodat zij zich niet vrijwillig zou melden voor transport en hij haar ook zou verliezen.

Kunt u zich dat voorstellen?

Ik niet. Echt niet. Mijn opa sprak veel over de oorlog en over Elsje, maar kon ook goed in het moment leven en genieten van kleine dingen als een paar kilometer omfietsen om bij een boer aardappelen te kopen die tien cent goedkoper waren (wat hij dan triomfantelijk aan mijn moeder vertelde) of zijn kleinkinderen kip zien kluiven.

Misschien zit het kunnen dragen van leed in plaats van er aan ondergaan ook wel in je DNA. Dat je door het gedragen leed van de generaties voor je interne munitie hebt om te kunnen overleven. En niet alleen te overleven, maar ook het leven keihard blijven aangaan, ondanks alles. Ik vind het best een mooie gedachte.

Over hoe je je leven opnieuw vormgeeft na een groot verlies valt nog heel veel te zeggen, maar wat mij betreft niet per sé met een structureel Joods sausje. Ik hoop dat het inkijkje in mijn hoofd en leven u een idee heeft gegeven van hoe het is om jong je levenspartner en de vader van je kinderen te verliezen en hoe belangrijk het is om de ruimte te nemen en te krijgen om daar op hoogst persoonlijke wijze verdere invulling aan te geven. Je kunt je verdriet en je levenslust de ruimte geven om een eeuwigdurende dans aan te laten gaan. Het mag er allebei zijn – altijd.

Laten we koesteren wat we hebben gekend en ons blijven verwonderen over wat nog komen gaat. Laten we elke kans grijpen om een lechaimpje te drinken en ons glas ten hemel te heffen, zoals we dat ook deden op de lewaje van mijn man.

Le’chaim!! Op het leven!

Lees ook:
#METOO in de Oudheid – column Shoshanna de Goede

‘Elk jaar met Poeriem verkleden duizenden meisjes zich als koningin Ester – het loyale Joodse meisje dat na een parade werd uitgekozen en gedwongen werd om de nacht door te brengen met de koning (want zo ging dat in die tijd), waarna ze koningin werd en vervolgens haar volk redde van de ondergang door smeekbedes aan haar man en het buitenspel zetten van de slechte adviseur van de koning. Misschien niet het verhaal volgens de overlevering, maar alles is een kwestie van interpretatie…’

Logo Maror.

Deze column is mede mogelijk gemaakt door Stichting Maror.

Categorie: |

Home » Nieuws » De rol van De Zielige Weduwe – column Shoshanna de Goede